Hoe meer mensen Nederlands spreken, hoe sterker onze welvaartsstaat

Wie vooruit wil gaan in een samenleving, moet haar taal spreken. Taal geeft kansen. Taal is wat ons bindt. Het is de motor voor ons samenleven, voor slaagkansen in het onderwijs en een deftige job. We delen steeds minder dezelfde taal en daardoor dreigen we van elkaar te vervreemden. Bovendien blijft het taalniveau van onze kinderen en jongeren dalen. Dat ontneemt hen kansen op een goede toekomst en brengt de toekomst van onze kenniseconomie in gevaar.

Vooruit wil die achteruitgang doorbreken. Door opnieuw te investeren in onze kinderen: in ons onderwijs en onze kinderopvang. Als we kinderbegeleiders en leerkrachten versterken, kan er meer ingezet worden op taal. Kinderopvang moet veel meer gezien worden als een voorbereiding op het kleuteronderwijs. En als onderdeel van onderwijs. Kinderopvang zou samen met onder andere onderwijs en jeugdhulp moeten vallen onder één enkele minister van het Kind

Nederlands is ook niet alleen belangrijk voor onze kinderen. Iedereen die vooruit wil gaan in een samenleving, moet de taal spreken. Omdat we willen dat iedereen volwaardig meedoet, moeten we dus ook mensen met een migratieachtergrond die onvoldoende of geen Nederlands spreken, helpen. Door taallessen op de werkvloer, door integratietrajecten met gratis Nederlandse lessen, door taaloefenkansen daarbuiten. Een goede kennis van het Nederlands moet een speerpunt worden van al onze acties, de rode draad die ons verbindt.

Taalkennis als motor voor eerlijke kansen

Je kan hier geen goede toekomst uitbouwen zonder goed de taal te spreken. Een diploma halen, een goede job vinden, je administratie regelen, rekeningen betalen, deel uitmaken van het verenigingsleven, vrienden maken, je weg vinden op het openbaar vervoer, met de school van je kinderen communiceren: een taal beheersen is essentieel. 

Onze maatschappij gaat ook steeds sneller en bevat steeds meer geschreven informatie. Het is daarom voor iedereen essentieel om taalvaardig te zijn. Wie de taal slecht of niet beheerst, is kwetsbaar en heeft minder kansen. Taal is daarom een essentiële motor voor gelijke kansen.

Taalkennis gaat erop achteruit

De kennis van het Nederlands gaat achteruit. Bijna een op zeven kleuters heeft een taalachterstand en intussen heeft bijna een op vier 15-jarigen moeite om een simpele boodschap uit een tekst te halen. 

Die achteruitgang in de taalbeheersing is algemeen: het gaat niet om enkele kinderen of om een kleine groep. Er is een duidelijk probleem met het Vlaamse (taal)onderwijs en het wordt er steeds slechter op. Dat kan en mag niet. Wij willen met Vooruit die achteruitgang stopzetten en weer vooruitgaan.

Betere taalkennis via kinderopvang, kleuteronderwijs en onderwijs

We kunnen dit niet laten gebeuren. Taal is de motor voor je slaagkansen in het onderwijs,een goedbetaalde job en ons samenleven. Ons voorstel om dit echt aan te pakken: al vanaf het eerste levensjaar een sterke focus op de kennis van het Nederlands. En één bevoegde minister: de Minister van het Kind.

We kunnen immers geen tijd verliezen. We weten dat de eerste 6 levensjaren   cruciaal zijn voor de taalontwikkeling. We beginnen bij de kinderopvang: om die aantrekkelijk en toegankelijk te maken, maken we die goedkoper. Om te beginnen moet elk kind 130 dagen gratis kunnen gaan. Tarieven passen we aan aan het inkomen van de ouders. Op langere termijn moet de kinderopvang voor iedereen gratis worden. Zo moeten ouders niet meer de keuze maken tussen werken of thuisblijven. 

Elk kind kan zo enkele dagen per week naar kwaliteitsvolle opvang. We organiseren die opvang ook echt als voorbereiding op de kleuterklas, waar kindjes dan zonder problemen na drie jaar naar kunnen doorstromen.

Vanaf 3 jaar voeren we immers schoolplicht in. Zo komt iedereen gelijk aan de start en bereiken we ook de meest kansarme kinderen, die vandaag de meeste kans hebben om nog niet de weg naar de kleuterklas te vinden. We investeren ook echt in dat kleuteronderwijs, zodat de klassen kleiner kunnen worden en er meer aandacht naar taal en spreekmomenten van elke leerling kan gaan. Zo kunnen we garanderen dat elk kind al voldoende Nederlands kan en goed kan starten in het eerste leerjaar.

Ook daarna laten we onze kinderen en jongeren niet los. We blijven hun  taalontwikkeling ook op de voet volgen met gestandaardiseerde taaltesten vanaf het kleuteronderwijs tot het einde van het secundair onderwijs. Testen zijn natuurlijk enkel nuttig als er ook iets mee gedaan wordt en de vooruitgang van iedere leerling wordt opgevolgd, zodat ondersteuning kan gegeven worden waar nodig. We ondersteunen onze scholen ook in een sterk taalbeleid. Dat doen we door te investeren in onderzoek rond taalverwerving- en didactiek. We zorgen er ook voor dat die inzichten snel kunnen gebruikt worden op de klasvloer via opleidingen voor leerkrachten. En uiteraard voorzien we extra uren ondersteuning en remediëring voor leerlingen die dat nodig hebben. 

Omdat taal ook niet alleen in de klas geleerd wordt, moet elk kind ook de kans krijgen om minstens één uur per week gratis via de school deel te nemen aan een buitenschoolse activiteit. Kinderen die een taalachterstand hebben geven we zo een uur extra de tijd om spelenderwijs Nederlands te leren. De prijs van bijkomende uren buitenschoolse activiteiten passen we aan aan het inkomen van de ouders. 

Betere taalkennis via cursussen voor volwassenen 

Ook voor volwassen is Nederlands spreken de sleutel om goed te kunnen meedraaien in onze samenleving. Een job vinden, een netwerk uitbouwen, kinderen helpen op school: dat is zeer moeilijk als je de taal niet spreekt. We zien bijvoorbeeld dat het een grote drempel is wanneer ouders totaal geen Nederlands spreken. Dan verkleinen ze ook de kansen van hun kinderen. Ze kunnen niet helpen met hun huiswerk, ze kunnen niet communiceren met leerkrachten tijdens oudercontacten en kunnen zich niet uitdrukken tegenover artsen of hulpverleners als hun kinderen ziek zijn. 

Daar brengen we verandering in: we maken van onze crèches en scholen een echte taalmotor. We helpen taalzwakke en anderstalige ouders de taal te leren via taallessen. Alle andere drempels voor het volgen van taalcursussen halen we weg. Nederlands leren voor anderstaligen wordt gratis gemaakt. 

Een (voorlopig) gebrekkige kennis van het Nederlands mag mensen ook niet hinderen bij het vinden van een job. Een taal leren gaat het best al doende. We zorgen ervoor dat iedereen die het Nederlands nog niet helemaal machtig is en een job zoekt, lessen Nederlands kan volgen. En dat ze op de werkvloer begeleiding krijgen van een taalcoach. Zo kunnen ze Nederlands leren terwijl ze aan het werk zijn. 

Strijd mee